• Webstek van de LHC Plutonica
Home > Studentenleven > Liederen > Hooglied van de clubstudent

Hooglied van de clubstudent
Peter Dirix schreef Hooglied van de clubstudent voor het eerste landjuweel van Caeruleus (7 april 2016). De melodie is gebaseerd op het Deutsches Weihelied, geschreven door Matthias Claudius (1740-1815) en op toon gezet door Albert Methfessel (1785-1869). Frans Meire schreef een Nederlandse tekst voor het corpslied van het Katholiek Studentencorps Brussel in de jaren '40.

Gezongen versie van het Duitse origineel

Hooglied van de clubstudent

Tekst: Peter Dirix (2016)
Melodie: Albert Methfessel (1811)

1.Zet in met luide klare toon,
Zet in wat ons zal binden,
|:Een lied voor elke echte zoon,
die hier zijn eer zal vinden. :|
2.Nu wappert onze trotse vaan,
De kleuren van de gilde;
|:De broederbond zal nooit vergaan
Zoals we 't immer wilden. :|
3.Het hooglied van de clubstudent
Zal eeuwig blijven klinken.
|:Terwijl klinkt 't glas al eloquent
Om op de trouw te drinken. :|

Deutsches Weihelied

Tekst: Matthias Claudius (1772)
Melodie: Albert Methfessel (1811)

1.Stimmt an mit hellem hohen Klang,
Stimmt an das Lied der Lieder,
|:Des Vaterlandes Hochgesang!
Das Waldtal hall' es wider. :|
2.Der alten Barden Vaterland,
Dem Vaterland der Treue,
|:Dir, freies, unbezwungnes Land,
Dir weihn wir uns aufs neue. :|
3.Zur Ahnentugend wir uns weihn,
Zum Schutze deiner Hütten;
|:Wir lieben deutsches Frohlichsein
Und alte deutsche Sitten. :|
4.Die Männer sollen, jung und alt,
Gut vaterländ'sch und tüchtig
|:Und bieder sein und kühn und kalt,
Die Weiber keusch und züchtig.
5.Gut sein! Gut sein! ist viel getan,
Erobern ist nur wenig;
|:Der König sei der bess're Mann,
Sonst sei der Bess're König!
6.Dein Dichter soll nicht ewig Wein,
Nicht ewig Amorn necken.
|:Die Barden müßen Männer sein,
Und Weise sein, nicht Gecken!
7.Ihr Kraftgesang soll himmelan
Mit Ungestüm sich reißen,
|:Und jeder echte deutsche Mann
Soll Freund und Bruder heißen. :|

Corpslied Katholiek Studentencorps te Brussel (KSC)

Tekst: Frans Meire
Melodie: Albert Methfessel (1811)

1.In onze vlag klaart luid gelach
Van weiden en landouwen,
|:Maar rode gloed van durf en bloed
Wijdt 't groen van ons betrouwen. :|
2.Dat Brussel blijve vrij bewaard
Voor God en Nederlanden!
|:Dat Ruusbroecs licht en Egmonts zwaard
Versterk'ons hoofd en handen! :|

Bewerkt door Peter Dirix